Karter Kevin Stehouwer dendert naar podiumplaats in NK: “Ik ben teruggegaan naar OTK. Dat voelt goed!"

MARIEMBOURG – Derde werd hij tijdens de eerste race van het Nederlands kampioenschap IAME na de coronabreak. Bepaald een lekkere hervatting van de titelstrijd in de X30 Senioren-klasse. Karter Kevin Stehouwer uit Strijen bewees daarmee dat hij nog altijd in goede vorm verkeert. Het zestienjarige talent had eerder tijdens de eerste ronde van het EK in Essay bewezen dat hij een uitstekende snelheid heeft.

Wat Essay betreft: het raceweekeinde op het Franse circuit was voor Kevin de hervatting van zijn seizoen na de coronabreak. Enigszins onwennig zat hij daar na ruim drie maanden eindelijk weer eens achter het stuur tijdens een wedstrijd.

Het begin van het weekeinde bleek het vinden van de juiste snelheid niet eenvoudig. “Tijdens de trainingen reageerden de banden heel erg verschillend. De ene keer waren we heel snel, de andere keer waren we alles kwijt”, blikte Kevin in Mariembourg terug. “Hadden we een nieuw bandensetje gestoken: waren we ineens vijftiende seconde per rondje trager. Drie sessies kregen we het maar niet voor elkaar. Uiteindelijk hebben we weer een nieuw setje gestoken en zaten we weer voorin.”

Kevin kwalificeerde zich vervolgens als vierde. Daarna dus eindelijk weer een race. Die waren niet altijd even gemakkelijk, had hij geconstateerd. “Ik moest er tijdens de wedstrijden een beetje inkomen.” De eerste twee races gingen iets minder, maar in de derde race liet de snelle Zuid-Hollander zien dat hij de snelheid om in de top mee te draaien. Dat bleek ook uit het resultaat: P4.

“In de prefinale mocht ik als achttiende starten.” Helaas had hij weldra wat pech. “Er werd zo hard achter mij gebeukt dat ze mij raakten en ik op degene voor me botste. Daardoor had ik dus een klikbumper. Ook alle rijders van het groepje waarin ik reed, hadden een klikbumper. Door die tijdstraf van vijf seconden is je race eigenlijk al voorbij.”

“In de finale ben ik daarna van 23 naar 16 gereden. Dat was met een te hoge bandenspanning. Anders had er wel een plaats in de top tien in gezeten.” Lang niet slecht, zeker ook na zo’n lange tijd zonder races. “Het was wel heel erg wennen, weer racen. De felheid was er weer een beetje uit, maar na de eerste twee races was die gelukkig weer terug.”


De wedstrijd in Frankrijk reed Kevin voor het topteam Daems Racing. Een uitstekende keuze, zei hij. “We hadden verschillende verhalen gehoord dat het een heel goed team is. Dat bleek ook, want we kegen heel goede hulp. Teambaas Jan Daems kijkt elke race langs de baan hoe het gaat. Na de race komt Jan naar je toe en zegt wat je in de volgende race anders moet doen. Dat werkt gewoon. Super. Iets wat we zelf niet zouden kunnen bedenken, daar word je mee geholpen.”

In het NK rijdt Kevin voor een ander topteam: Ferry Smit Racing. Ook daarover was hij danig te spreken. Logisch ook als je in de misschien wel sterkst bezette klasse van het NK derde wordt. “En als we hadden geweten dat we in de finale een nieuw bandje hadden kunnen steken, hadden we misschien nog wat hoger kunnen eindigen.”

Bovendien rijdt hij sinds kort weer op een oud, vertrouwd kartmerk. Het betekende een prettig weerzien. “Ik ben teruggegaan naar OTK. Dat voelt goed. Ik moest er in het begin weer even inkomen, maar ik kan nu ronde na ronde dezelfde tijd rijden.”

Behalve het NK en het EK rijdt Kevin dit seizoen ook het Benelux-kampioenschap. De tweede ronde in die titelstrijd is zijn volgende race. Die wordt in Genk gehouden. Een baan die hij, zoals vrijwel alle wedstrijdkarters in Nederland en België, kent als zijn broekzak. “De afstelling daarvoor weten we wel. Ik ben benieuwd. Daar hoop ik opnieuw het podium te kunnen halen.”