SPECIAL: Het Lotus van toen met Senna en het Lotus F1 Racing van nu

Lotus voegt vanaf 2010 nieuw hoofdstuk toe aan roemrijke F1 historie. Dan keert de roemruchte naam Lotus terug in de Formule 1. Lotus F1 Racing heeft in september 2009 goedkeuring gekregen van de FIA om in 2010 aan het World Championship Formula One deel te nemen. En dat betekent dat één van de meest iconische en legendarische namen uit de F1-geschiedenis een nieuw hoofdstuk aan zijn historie gaat toevoegen. Hoewel Lotus F1 Racing een nieuwe onderneming is met een Maleisische achtergrond, gaat het team ervoor om komend seizoen respect af te dwingen voor de beroemde naam Lotus, één van de meest succesvolle merken uit de geschiedenis van de Formule 1.

Onder leiding van oprichter en autosportgenie Colin Chapman scoorde Team Lotus in de jaren ’60 en’70 zeven constructeurs- en zes rijderstitels, en boekte Lotus in de F1 in totaal 79 raceoverwinningen en 107 polepositions. Indrukwekkende cijfers, maar de getallen alleen doen niet genoeg recht aan het team, dat bij autosportliefhebbers wereldwijd nog steeds hoog staat aangeschreven.

Sinds het team in 1958 tijdens de Grand Prix van Monaco in de Formule 1 debuteerde, heeft Team Lotus enkele van de meest innovatieve auto’s uit de geschiedenis van de Formule 1 ontworpen en ontwikkeld en een aantal van de bekendste namen uit de F1 aangetrokken. Jim Clark, Graham Hill, Jochen Rindt, Emerson Fittipaldi en Mario Andretti veroverden met Team Lotus allen de wereldtitel, terwijl andere legenden als Sir Stirling Moss, Nigel Mansell en Ayrton Senna eveneens voor Lotus uitkwamen.


Rijders Jarno Trulli en Heikki Kovalainen
Voor haar terugkeer in de F1 in 2010 heeft Lotus F1 Racing met Jarno Trulli, Heikki Kovalainen en Fairuz Fauzy bekende namen aangetrokken om de eer van het merk te verdedigen.

De 35-jarige Trulli is één van de meest ervaren, snelste en constante coureurs uit de Formule 1. Trulli maakt deel uit van een select gezelschap van coureurs die weten hoe een overwinning in de Formule 1 smaakt, en dat tijdens de koninginnenrace in de F1: de Grand Prix van Monaco. Tevens is hij zeven maal in de top tien van het rijdersklassement geëindigd.

De F1-carrière van Heikki begon in 2006, toen hij als testrijder debuteerde. Zijn aanstelling bij het Lotus F1 Racing team betekent voor de 28-jarige Fin de start van zijn vierde seizoen in het Formule 1 Wereldkampioenschap. Ook Heikki weet wat het is om een race te winnen, getuige zijn allereerste overwinning in Hongarije in 2008. Zijn schat aan ervaring maakt hem tot een potente aanwinst naast Jarno Trulli en Fairuz Fauzy.


Geschiedenis
De geschiedenis van Lotus in de F1 gaat terug naar de jaren ’60, toen de eerste Formule 1 raceauto met middenmotor van Colin Chapman het licht zag, na twee minder succesvolle jaren met de Lotus 12 en 16, die de motor voorin hadden. De nieuwe Lotus 18 bezorgde de onderneming de allereerste GP-overwinning toen Stirling Moss triomfeerde in Monte Carlo.

In 1966 verhuisde Lotus naar een speciaal voor dit doel gebouwde fabriek in Hethel, Norfolk, waar Lotus vandaag de dag nog steeds is gevestigd, op slechts tien mijl van de plek waar de nieuwe Lotus F1 Racing fabriek nu is gehuisvest. Na een teleurstellend seizoen verruilde het team in 1967 de bestaande motor voor de legendarische Cosworth-Ford DFV V8. Daarmee hervond het Team Lotus voor aanvang van het seizoen 1968 precies op tijd de dominante vorm en zorgde het in Zuid Afrika met Jim Clark en Graham Hill voor een een-twee overwinning. Ondanks dat de Lotus 49 daarna zorgde voor een derde constructeurs- en rijderstitel in de Formule 1 met Graham Hill, werd het een tragisch jaar voor Team Lotus vanwege het verlies van Jim Clark, die tijdens een Formule 2 race verongelukte en de wereld in grote verslagenheid achterliet.

Een slecht seizoen voor Lotus in 1971 werd gevolgd door de geboorte van de fameuze en inmiddels klassieke zwart-gouden John Player Special. Het team veroverde in 1972 stormenderhand het kampioenschap met de jonge, talentvolle coureur Emerson Fittipaldi, die zorgde voor een spectaculaire kampioenschapsdubbel. In 1973 veroverde Team Lotus opnieuw het kampioenschap voor de constructeurs.


Hoewel de 72 op het gebied van aerodynamica al baanbrekend was, duurde het tot het midden van de jaren ’70 voordat de ingenieurs begonnen te testen met de luchtdoorstroming onder de auto. In 1977 zorgde de introductie van de speciale Lotus 78 met aerodynamische onderzijde voor een tweede plaats in het kampioenschap, maar in 1978 behaalde het team opnieuw de dubbel met Mario Andretti, die de rijderstitel binnensleepte, achter het stuur van de aerodynamisch innovatieve Lotus 79. Met de introductie van de Lotus 80 ‘Wingless Wonder’ evolueerde de aerodynamica van Lotus nog verder. De ‘Type 80’ was een doorontwikkeling van de dominante 79, waarbij de luchtstroom onder de auto naar een nog hoger niveau werd gebracht door een aerodynamische gevormde onderkant van de auto, om de montage van luchtstroombelemmerende vleugels bovenop de auto te voorkomen.

In 1982 overleed Anthony Colin Bruce Chapman, de oprichter en drijvende kracht achter Lotus, op 54-jarige leeftijd.

Nigel Mansell verliet het team eind 1984 en werd vervangen door Ayrton Senna. In zijn allereerste seizoen in de Lotus 97T won Senna op het door de regen verraderlijke circuit in Portugal én op Spa, terwijl De Angelis de zege in Imola veilig stelde. In 1986 hielp de geëvolueerde Lotus 98T het team aan een derde plaats in het merkenkampioenschap en werd voorafgaand aan het seizoen 1987 een sponsoringovereenkomst gerealiseerd met Camel.

Met de steun van motorleverancier Honda en een nieuw ontwerp voor de 99T die was voorzien van actieve schokdemping, werd het team opnieuw derde in het kampioenschap, waarbij Senna twee overwinningen boekte, in Monaco en Detroit.

In 1994 verscheen Team Lotus voor het laatst aan de start van een Formule 1 race, tijdens de Grand Prix van Australië.