Maurice Vercruysse verovert vice-kampioenschap GK4 Kart Series in tweede seizoen als kartpiloot!

GENK - In zijn tweede wedstrijdseizoen ooit pakte Maurice Vercruysse, uitkomend voor topteam MCK Racing, het vice-kampioenschap in de GK4 Kart Series. De veertienjarige piloot uit het West-Vlaamse Hulste bezegelde zijn tweede plaats in de IAME X30 Junioren-klasse tijdens de zevende ronde van de titelstrijd, ondanks een tumultueus weekeinde.

“Geweldig dit. Ik ben er echt heel blij mee. Dit had ik niet verwacht”, zei een uitgelaten Maurice. De meeste coureurs tegen wie Maurice dit seizoen racete, hebben drie of vier jaar meer ervaring. Toch werd hij tweede in het kampioenschap. “Maar ik denk dat je het op de baan niet heel erg kan zien dat ik minder ervaring heb, dan word je geen tweede in het kampioenschap.”

Zijn snelle ontwikkeling schreef de jonge Belg toe aan intensieve training en goede begeleiding. "Sowieso mijn team met goede coaching, en heel veel rijden", verklaarde hij. “Luca Leistra, mijn coach, leerde mij de racelijnen en ook het racen - verdedigen, inhalen, dat soort dingen.”

Luca verklaarde Maurice’ snelle progressie. “Heel simpel: hij heeft gewoon veel talent”, zei de coach. Verbaasd over het vice-kampioenschap is Luca dan ook niet. “Nee, zeker niet. Hij kan nog veel meer als hij nog iets beter luistert!”, zei Leistra met een knipoog.

Het weekeinde in Genk was een achtbaan van emoties voor Maurice. In de eerste heat beleefde hij een nachtmerrie toen hij betrokken raakte bij een botsing. “Een accident waarin mijn hele chassis krom raakte”, legde hij uit. “Dat gebeurde in de tweede bocht, drie ronden voor het einde. Tijdens de start raakte ook al iemand mij, waardoor ik veel plekken verloor. En daarna dan weer een accident. Dat was wel even balen.”

Tja, en toen eindigde Maurice als drieëndertigste. Maar opgeven was er niet bij voor de talentvolle Vlaming. “Ik was wel redelijk zeker dat ik in de tweede race goed vooraan kon raken, omdat ik sowieso al heel het weekend snel was”, zei hij. “Ik was altijd bij de snelste qua tijden.”

Wat volgde was een spectaculaire inhaalrace. In de tweede heat, die werd verreden op een deels natte baan, knokte Maurice zich van de drieëndertigste naar de zesde plaats. “Meestal als het een beetje nat is - we reden nog wel op slicks - ben ik redelijk snel. Bij de start had ik al veel plekken gewonnen. Toen zat ik in een klein accident waarbij ik een ingeklikte bumper opliep. Toen was ik al naar zestien gereden. Dan bleef ik inhalen en ineens reed ik op de zesde plaats!”


Die heroïsche rit was cruciaal voor zijn vice-kampioenschap. “Ik stond zestig punten voor voordat we hier kwamen, maar na die eerste heat, waar ik 33ste was, was een goed resultaat wel nodig.”

In de finale startte hij vanaf de achttiende positie, het gemiddelde van zijn twee heatresultaten. Ook daar moest hij vroegtijdig uitwijkmanoeuvres maken. “Bij de start spinde iemand in de eerste bocht. Daardoor moest ik over het gras gaan. Daardoor kwam ik iets buiten de top twintig terecht. Uiteindelijk ben ik nog naar P12 gereden.”

Na straffen finishte Maurice als elfde, voldoende om zijn tweede plaats in het kampioenschap veilig te stellen. “Toen ik over de finish kwam, wist ik het nog niet zeker, maar mijn vader had het al uitgerekend”, zei hij. “Natuurlijk was ik liever eerste geweest, maar dat mocht dit jaar niet zo zijn.”

Met de vice-titel op zak kijkt Maurice vooruit naar nieuwe uitdagingen. Volgend jaar maakt hij de stap naar de Senioren-klasse. “Ik ga de Benelux en de Euro Series rijden in de Senioren-klasse. Een mooi programma van hoog niveau”, zei hij. “Ik heb dit jaar ook de Euro Cup meegedaan bij de Senioren en daar ging het al redelijk goed.”

Rust pakken staat in ieder geval niet op het programma. “Volgende week gaan we in Valencia trainen voor de Winter Cup daar in februari!”

Maurice Vercruysse bedankt zijn team MCK Racing in Moeskroen, zijn coach Luca Leistra en zijn sponsoren.

Maurice wordt in zijn raceacticiteiten ondersteund door: MCK Racing, Maaltijden aan Huis ' t Fermetje, Infinity Jobs en Groep Caenen Capital Fund.