Hoe motorstraffen en aantal nieuwe onderdelen de titelstrijd kunnen beslissen; hoe staat Max Verstappen ervoor?

Lando Norris en zijn titelrivalen Max Verstappen en Oscar Piastri lopen risico op gridstraffen voor nieuwe motoronderdelen in de slotfase van het seizoen. Met nog vier races te gaan zijn de titelpretendenten kwetsbaar voor sancties die hun titelkansen kunnen beïnvloeden.

Het seizoen nadert het punt waarop teams vaak hun toegestane aantal motoronderdelen overschrijden. De FIA bepaalt vooraf hoeveel onderdelen een coureur mag gebruiken: vier exemplaren van verbrandingsmotor, MGU-H, MGU-K en turbo, twee stuks energieopslag en elektronica, en acht uitlaten. Bij overschrijding volgt een gridstraf van tien plaatsen voor het eerste nieuwe onderdeel, daarna telkens vijf plaatsen.

Van de drie titelkandidaten bevindt Norris zich mogelijk in de riskantste positie. Zijn uitvalbeurt in Zandvoort door een olieleidingdefect wierp vragen op over zijn resterende onderdelenpoel. Een defect kan meerdere componenten tegelijk aantasten, waardoor de beschikbare reserve krimpt. Elk onderdeel heeft een nauwkeurig berekende levensduur en wie daar overheen gaat, vergroot het risico op problemen aanzienlijk.

Verstappen heeft dit seizoen al zeven uitlaten verbruikt van zijn toegestane acht, met vier races en een sprint te gaan. Piastri en Norris zitten beiden op drie. Lewis Hamilton, Yuki Tsunoda, Fernando Alonso, Pierre Gasly, Franco Colapinto, Oliver Bearman, Isack Hadjar en Liam Lawson kregen dit jaar al straffen voor nieuwe onderdelen.

Teams sparen vaak onderdelen voor circuits zoals Spa en Monza waar vermogen cruciaal is. Crashes en defecten gooien zorgvuldig uitgestippelde plannen in de war. Met drieëntachtig procent van het seizoen achter de rug is het punt bereikt waarop veel coureurs straffen riskeren die de titelstrijd kunnen beïnvloeden.