DTM

DTM-coureur Robert Wickens in de IndyCar: "Geen directe woow! Ik verwachtte wat meer pit"

Uitgegeven door Wim Boekel • 2 maart 2017 12:42

Robert Wickens reed recent in de Schmidt-Peterson Dallara-Honda. De coureur besloot om samen met James Hincliff van stoeltje te wisselen. Zo mocht DTM-coureur Robert Wickens in actie komen met een IndyCar en Hincliff mag op 17 maart in Vallelunga plaatsnemen in de Mercedes.

“Ik denk dat vele mensen onderschatten hoeveel downforce een DTM-auto heeft”, reageerde de Mercedes-coureur na zijn eerste ervaring met de IndyCar tegenover het Engelse Autosport. “Het is niet gewoon een toerwagen. Vergeleken met de Indycar is de ratio van vermogen/gewicht ongeveer gelijk en ik verwachtte wat meer pit van een IndyCar. Het is aan de top van zijn kunnen indrukwekkend, maar ik wist dat het zo ging, dus was ik daar mentaal op voorbereid. Wat betreft het remmen was het erg sterk.”

“Dat gezegd hebbende, wat betreft de referentie bij het remmen en waar ik dacht dat ik moest remmen, was het ongeveer hetzelfde als in een DTM-auto. Dus de overeenkomsten waren verrassend, als je overweegt hoe verschillend het basisconcept van de auto’s is”, maakte Wickens de vergelijking. De coureur reed een hoge 52’er op Sebring, waar Hinchcliffes tijd een dag daarvoor een 52,0 was en Scott Dixon op dezelfde dag een 52,1. In het verleden reed de DTM-coureur als eens in test in de Formule 1 voor Marussia, wat dat betreft had hij meer verwacht van de IndyCar.

“Het meest ongelofelijke van de F1-ervaring is het loslaten van de toerenbegrenzer, omdat de acceleratie gewoon belachelijk is en zo is ook het remmen”, vertelde de coureur. “Ik had een beetje meer verwacht van de IndyCar, omdat als je vanuit zijn vrij in de versnelling zet het met respect tot leven komt, maar eigenlijk het loslaten van de toerenbegrenzer.. Ik wil niet zeggen dat het erg flauw was, maar er was geen direct ‘Wow’. Er is minder toeren dan je verwacht, het vrijkomen is gelijkmatiger.”

 

MEER NIEUWS...

Babe-box

Xtra

COLUMNS